dinsdag 23 januari 2018

Appelgozetten of appelflappen


Bladerdeeg maken is een intensief werkje maar het loont zeker de moeite om het zelf te maken. Deze keer eens gebruik gemaakt van het recept uit het Bakboek, De Klassiekers. Opnieuw een prachtig bakboek, super goed uitgelegd en met voldoende illustratie.
Voor 8 stuks heb je nodig: Bladerdeeg : 250 gr  bloem - 4 gr zout - 25 gr gesmolten vetstof - 150 ml koud water - 190 gr toervetstof

Voor de appelcompote : 3 grote appels - snuifje kaneel - 1 eetl. suiker - eventueel rozijntjes - klein beetje water

Om het bladerdeeg te maken, ga je als volgt te werk : neem een grote platte kom en stort er de bloem in, maak een kuiltje en schenk daar de gesmolten boter en water in. Strooi het zout op de rand. Meng en kneed kort tot een homogeen deeg. Laat 30 min rusten onder plastiek folie.

 

Ondertussen maak je de appelcompote, schil de appels en snij in blokjes. Breng samen met een bodempje water aan de kook, voeg 1 eetl. suiker en een snuifje kaneel (naar smaak) toe. Laat sudderen en stamp tot de gewenste structuur. Er mogen daar gerust nog enkele stukjes inzitten. Voeg eventueel nog rozijntjes toe, ook naar smaak. Laat afkoelen.

 


Nu gaan we verder met het bladerdeeg : Snij 4 maal in de bol deeg , niet tot in de midden, je moet een kern overhouden. Plooi de 4 flappen een beetje open en rol verder uit, tot een klavertje vier.


In het midden ( de kern ) leg je, in een blok, de toervetstof. Dit is een grote blok, maar het komt zeker goed. Vouw de flappen dicht dat de vetstof volledig met deeg bedekt is. En start nu met uitrollen. Niet te hard duwen en enkel in de lengte rollen, niet in de breedte. Tot je een lap van 20 bij 40 cm hebt. Plaats de lap nu in de breedte voor u. Vouw in drie, breng 1/3 over het midden en nu het andere 1/3 ook over de midden.

 
 

Dit is 1 toer, herhaal dit nogmaals en laat het dan 30 min rusten in de koelkast in plastiekfolie, omdat het bij mij in huis warm was , heb ik dit in de diepvriezer laten rusten.
Na het rusten rol je het deeg  terug uit, tot een  lap van ongeveer 15 op 30 cm. Vouw terug in drie en herhaal dit ook nogmaals. Terug inpakken in plastiekfolie en in de koelkast/diepvries laten rusten voor 30 min.
Na het rusten herhaal je deze handeling nog 2 maal. Je hebt nu het deeg 6 toeren van 3 gegeven. Laat terug 30 min rusten in plastiekfolie.
Nu kan je de flappen gaan maken. Bestuif je werkvlak met bloem, dit doe je regelmatig om kleven te voorkomen. Rol het deeg uit tot een lap van 24 op 48 cm en 3 mm dikte. Verdeel het deeg in 8 vierkanten van 12 op 12 cm.


Bevochtig de randen met een beetje water , schep in het midden van elk vierkant één eetlepel appelcompote. Vouw de vierkanten dicht tot een driehoek en duw de randen goed aan .
Plaats ze op een bakplaat bekleed met bakpapier en druk de randen dicht met een vork.



Bestrijk met losgeklopt ei en strooi er glanzende decoratiesuiker over. Dit is een suiker die grover is dan kristalsuiker en fijner dan grove korrelsuiker. Te verkrijgen van http://www.tiensesuiker.be/basic-page/producten Laat voldoende plaats tussen en nog een uurtje laten rusten.
Verwarm ondertussen de oven op 210°.
Bak ze af ongeveer 20 min of tot ze een mooie bruin kleurtje hebben.


Het originele recept is terug te vinden in het Bakboek, De klassiekers. Van Eric Van den Hende, uitgegeven door MBooks/WPG Uitgevers
ISBN 978 90 02 23969 4

Klaar?Bakken maar !




Geen opmerkingen:

Een reactie posten